Oorlogsdrama
Als 12-jarig jochie was Jan in de Tweede Wereldoorlog getuige van
een ingrijpende gebeurtenis. Op 26 juni 1943, even na middernacht, werd
de stolp volledig in de as gelegd. De oorzaak van het drama waren
brandbommen die de piloot van een aangeschoten Engels oorlogsvliegtuig
had afgeworpen. De wanhoopsdaad van de Engelse vlieger leidde tot een
flinke verwoesting in Koedijk. In totaal zeven panden aan de Kanaaldijk
vielen ten prooi aan de vlammen. Dit waren drie bewoonde stolpen, twee
stolpen als veestalling, een woonhuis en houten schuurtje met daarin de
glazen wagen van Cornelis Spaan. De bewoonde stolpen waren die van
Pieter Jacob Lammerschaag, Cornelis Spaan en Jan Beek (pachter). Het in
vlammen opgegane huis werd bewoond door Hendrik Dekker, arbeider van
Lammerschaag.
"Er was geen redden aan", herinnert Jan Lammerschaag zich.
"Gelukkig stond er geen vee op stal. Er werd geprobeerd om nog zo
veel mogelijk spullen uit de brandende boerderij te halen. Ik weet nog
dat in de dijk het geldkistje stond. Daar is toen iemand maar bij gaan
staan." Het brandweerkorps van Koedijk werd om even na de klok van
een uur gealarmeerd, zo leert het bewaard gebleven rapport van
commandant Piet Kok. De brandweer van Alkmaar moest assistentie verlenen
om te voorkomen dat de vuurzee nog verder om zich heen zou grijpen.
Pieter Jacob
Lammerschaag (1903-1984), de vijfde generatie, melkt zijn koeien. De
foto is enkele jaren na de Tweede Wereldoorlog genomen. Na de verwoesting
van de stolpboerderij van de familie Lammerschaag in 1943 is het nieuwe
woonbuis nog niet gebouwd. Dat gebeurde in 1950. Bij het buiten melken
met de hand werden de koeien aan een pen vastgezet. Pieter Lammerschaag
zou pas in 1956 overschakelen op machinaal melken. (Foto familie-archief
Lammerschaag)
Het merendeel van de negen manschappen van 'Koedijk' kon 's ochtends om kwart over acht, ruim zeven uur na het begin van de brand, inrukken. Het nablussen duurde tot 's avonds zeven uur. De nacht en de dag daarna moest de brandweer terugkeren. Het smeulende hooi bleef een gevaar. Het drama kostte een zwaargewonde. Cornelis Spaan liep ernstige brandwonden op. "Hij sprong in sloot. Dat is waarschijnlijk zijn redding geweest", kijkt Jan Lammerschaag terug. Vijf stolpen gingen verloren. Een stolp bleef gespaard. "Dankzij het pannendak. Gert Delis had er toen zijn tuindersbedrijf in. De stolp is nu van Piet Bakker en is omgebouwd tot woning."
« Vorige pagina | Volgende pagina »
© 1954-2019 | Westfriese Families | E-mail | Sitemap
"Die zijn voorgeslacht niet eert, is zijn eigen naam niet weerd."